Opvoedingsproject

 Opvoedingsproject

Als katholieke school kiezen we met het ganse team voor het bijbelverhaal van ‘De Goede Herder’ als leidraad voor ons opvoedingsproject.
Uiteraard zijn ook de normen en waarden van de patroonheilige van onze school,
Sint-Vincentius à Paulo, hierin terug te vinden.
Ten slotte zitten ook de Opdrachten voor het Katholiek Basisonderwijs in ons opvoedingsproject verweven.

“De herder was een trouwe herder die elk schaap en elk lammetje van zijn kudde kende en lief had.”
De kudde is pas compleet als alle schapen samen zijn.

Dit is ook zo op onze school. Ieder kind is uniek maar school maken doe je samen! Leerlingen, ouders, alle personeelsleden, directie, oudercomité streven hetzelfde doel na: ons inzetten om kwaliteitsvol onderwijs te bieden.
Dit maakt dat je er nooit alleen voor staat. We zijn verbonden met elkaar en dat maakt ons sterk.

Wij voelen ons ook verbonden met Jezus, die een Goede Herder is voor elk van ons. Jezus geeft ons telkens weer nieuwe kansen.
Hij aanvaardt ons zoals we zijn. Hij ziet ons graag. Bij Jezus telt iedereen mee en wordt niemand uitgesloten.

Dit streven wij ook na op onze school, elke dag opnieuw, samen!
Vanuit onze christelijke traditie staan we open voor andere culturen en stellen we ons verdraagzaam op. We leren van elkaar en zien het goede in elkaar. Iedereen hoort erbij!

Zo werken wij aan onze schooleigen christelijke identiteit.

“De herder waakte bij zijn schapen als ze aan het grazen waren om een schaap dat afdwaalde terug te roepen of een wild dier weg te jagen.”
De herder zorgt voor veiligheid. Hij wil dat alle schapen zich goed voelen.

Onze school wil een veilige en warme plek zijn voor alle leerlingen, een plaats waar de kinderen graag zijn en waar ze zich goed voelen. Leerkrachten maken daarom tijd om echt naar de kinderen te luisteren, om begrip op te brengen voor hun klein en groot verdriet. Ze geven de kinderen de nodige aandacht. Een glimlach, een knuffel, een gesprekje, een complimentje, … dat alles draagt ertoe bij dat kinderen zich gewaardeerd voelen. Pas als kinderen zich goed in hun vel voelen, kunnen ze tot leren komen.

Dat leren is een proces van vallen en opstaan, een proces dat bij elk kind op een ander tempo verloopt. Als leerkrachten zijn wij ons hiervan bewust en houden we hier rekening mee in onze manier van lesgeven. Want de leraar doet ertoe!. De leerkracht moedigt leerlingen aan, ondersteunt hen, begeleidt hen en daagt hen uit. De leerkracht zorgt voor vernieuwing op pedagogisch – didactisch vlak. Dit vraagt een zeer grote inzet en betrokkenheid van de leerkracht. Daarom moet ook de leerkracht zich goed voelen op school

We willen er ook voor zorgen dat we dichtbij de ouders staan, dat de ouders weten dat ze welkom zijn op school. We luisteren naar hen en gaan samen op weg.

Zo werken wij aan een stimulerend opvoedingsklimaat en een doeltreffende
didactische aanpak.

“De herder laat 99 schapen achter en gaat op zoek naar zijn verloren schaap.”
De schapen kunnen vertrouwen op hun herder. De herder heeft respect voor ‘elk’ schaap van de kudde.

Dat vertrouwen willen wij geven aan onze leerlingen, aan elkaar als schoolteam en aan de ouders van onze leerlingen. Wij willen de leerlingen laten merken dat we in hen geloven zodat ze ook in zichzelf kunnen en durven geloven.
Dat vertrouwen is nodig om te kunnen samenwerken en samenleven, zowel voor de leerlingen, voor het team als voor de ouders.
Als school is het onze taak om voor elk kind zorg te dragen. Zoals de herder extra aandacht besteed aan zijn verloren schaap, moeten wij extra aandacht besteden aan leerlingen met specifieke noden. Het is onze taak als leerkracht om elke leerling zo ver mogelijk te brengen, zowel op schools vlak als op persoonlijk vlak. We moeten maximale ontplooiingskansen bieden aan elke leerling. Want elke leerling heeft recht op vernieuwend onderwijs, onderwijs dat aansluit bij onze maatschappij.
Wij hebben respect voor elke leerling van onze school. Wij verwachten dan ook dat de leerlingen op hun beurt respect opbrengen voor elkaar, voor het schoolpersoneel en voor al het materiaal. Maar we verwachten ook respect voor regels en afspraken en niet te vergeten respect voor de mening van anderen. Dit alles vraagt inspanning. Maar als het lukt, geeft het zeer veel voldoening. Een respectvolle houding draagt bij tot een positief schoolklimaat en het biedt kinderen houvast.

Op deze manier werken wij aan een geïntegreerd onderwijsinhoudelijk aanbod.

Liefdevol pakt de herder zijn schaapje op en legt het op zijn schouders zodat het niet het hele eind terug nog hoeft te lopen. Hij is niet boos op het schaap.”
De herder gaat zorgzaam om met het schaap, hij biedt de hulp die het schaap op dat moment nodig heeft.

Elk kind is anders, elk kind heeft andere noden en behoeften. Onze school wil zorg dragen voor ieder kind en we willen kinderen positief stimuleren. Daarom is het belangrijk om ons af te vragen: Wat heeft dit kind met deze thuissituatie en in deze klasgroep op dit moment nodig?

Elk kind heeft recht op ondersteuning en differentiatie zowel de leerling die het moeilijk heeft als de sterke leerling. Als leerkracht benader je elke leerling anders, afhankelijk van hun noden en zorgen. Zo bied je brede basiszorg.

Zorg dragen betekent ook dat de leerkracht tijd maakt voor niet schoolse problemen. De leerkracht luistert naar de leerling, bemiddelt bij een ruzie als dat gewenst is, troost, praat met de ouders, …

De herder blijft geduldig en liefdevol. Dit is een zeer belangrijk aspect binnen ons opvoedingsproject. Iets leren, gaat gepaard met vallen en opstaan. Kinderen leren uit hun fouten. Ze moeten dus weten dat ze mogen fouten maken. Ze moeten ook weten dat ze telkens nieuwe kansen krijgen. Dit vraagt veel geduld van leerkrachten. Maar juist dit gevoel laat kinderen groeien.

Zo werken we aan de ontplooiing van elk kind vanuit een brede zorg.

“Thuisgekomen met zijn kudde roept hij zijn vrienden en buren bij elkaar om het terugvinden van zijn schaap te vieren: Wees blij met mij!”

De herder deelt zijn ervaring met de mensen uit de gemeenschap en viert met hen.

Onze school vormt een gemeenschap. Wij zijn verbonden met elkaar als team, verbonden met de leerlingen, verbonden met de ouders en verbonden met de schoolomgeving. Binnen een gemeenschap is communicatie zeer belangrijk.

Het vormt de basis van een goede organisatie.

We leren onze leerlingen op een gepaste manier met elkaar communiceren, hun gevoelens bespreekbaar maken, problemen oplossen.
In de kind–leerkracht–contacten wordt feedback gegeven, wordt het kind positief bekrachtigd, uit de leerkracht waardering en krijgt het kind de kans om te zeggen wat het kwijt wil.
Daarnaast zijn er de oudercontacten waarbij het kind in zijn totaliteit besproken wordt. Naast de leerprestaties wordt ook de socio-emotionele ontwikkeling besproken.

Ook een goede communicatie met externen, zoals CLB, ON, therapeuten, … draagt bij tot kwaliteitsvol onderwijs.
En uiteraard is de communicatie tussen alle leden van het schoolteam zeer belangrijk. We proberen te luisteren naar mekaar, gaan met elkaar in discussie, stellen dingen in vraag, staan open voor mekaars mening, uiten onze mening op een respectvolle manier, bespreken problemen met elkaar en zoeken samen naar oplossingen.

Zo blijven we aan de school werken als gemeenschap en organisatie